In 2015 start de Inspectie, na een pilotperiode, met bel-inspecties om bedrijven te bevragen naar de preventiemedewerker en de RI&E. Heeft een bedrijf geen preventiemedewerker en/of RI&E, dan benadert de Inspectie het bedrijf verder.
Bedrijven die kernbepalingen van de arbozorg niet nakomen krijgen een herinspectie.
De Inspectie checkt een reeks grote bedrijven op de (uitvoering van) arbozorg. Ook voert zij een pilot uit onder startende bedrijven, in samenwerking met KvK’s en ondernemersplatforms. Veel kleinere, startende bedrijven weten namelijk weinig over arboverplichtingen, aldus de Inspectie.
Saneringzaken
De Inspectie handhaaft in 2015 op naleving van de nieuwe grenswaarden voor de verschillende asbestcategorieën. Daarbij ligt de nadruk op niet-nalevers en notoire overtreders (malafide saneringszaken). De accenten van de inspectie-inzet in 2015 liggen bij nadere risicoanalyses op meerdere werkvelden. Op basis daarvan ontwikkelt de Inspectie een meerjarenstrategie en een aantal stelselonderzoeken. Ook zijn inspecties aan de orde op specifieke risicogebieden zoals duikarbeid en drukapparatuur, naast de uitvoering van wettelijke taken zoals het jaarverantwoording onderzoek.
Minder inspecties
Het aantal inspecties en onderzoeken op het gebied van arbeidsomstandigheden neemt af tot 16.000 in 2015 (in 2014: 17.500), doordat de Inspectie minder menskracht beschikbaar heeft (160 ft minder ten opzichte van 2013).
Aanvullende RI&E
De Inspectie SZW doet selectiever onderzoek naar bedrijfsongevallen, klachten of tips over arbeidsomstandigheden. Ook brengt de Inspectie het aantal prioritaire sectoren waar de Inspectie uit eigen beweging onderzoek doet terug in aantal. Verder wordt de handhaving van de ‘nationale kop’ op de Europese regelgeving bij bedrijven die werken met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen (de Aanvullende Risico-Inventarisatie & -Evaluatie, ARIE) gestaakt.